Interview met Vitja Pauwels
Rataplan biedt een podium aan jonge en gevestigde namen, vanuit de steeds terugkerende vraag ‘Wat is jazz?’. Gitarist Vitja Pauwels past perfect in dit plaatje. Hij noemt zichzelf geen jazzgitarist, en met reden! Zijn project Early Life Forms danst, net als zijn andere groepsprojecten, op het raakvlak van verschillende genres.
Vitja Pauwels aan het werk:
Dag Vitja, in maart presenteer je in Rataplan de debuutplaat van Early Life Forms. Wat mogen we verwachten?
Early Life Forms is een gitaarband die in 2022 tot stand kwam, toen ik van de programmator van het Mechelse jazzfestival BRAND! carte blanche kreeg om mijn droomproject te realiseren. Ik nodigde daarvoor mijn meest favoriete gitarist uit, Marc Ribot, en schreef voor de gelegenheid een gloednieuw repertoire, voor een nieuwe formatie. Marc Ribot heeft ons dan één avond vervoegd voor een optreden, en daaruit is een liveplaat voortgekomen. Deze lanceren we in januari, nadat we er nog wat aan sleutelden in de studio. Ribot staat natuurlijk niet meer mee op het podium. Maar daardoor kunnen we de teugels iets losser laten. En dat werkt: er is een fijne interactie tussen ons.
En hoe klinkt die interactie?
Als de muziek waar ik zelf graag naar zou luisteren. (lacht) Ik denk dat je het jazzmuziek kan noemen, maar dan redelijk laagdrempelig. Dus geen complexe muziek, eerder een aanstekelijke mix van funk en fusion. Het is gitaarmuziek met verschillende invloeden. En ze is filmisch, zoals wel vaker in mijn werk.
Early Life Forms is zowel de naam van de band als de titel van de plaat. Refereer je met die ‘vroege levensvormen’ bewust aan de mogelijkheid om telkens opnieuw te beginnen?
Exact. Zo staat het voor de manier waarop de muziek is ontstaan, zonder repeteren. Maar het verwijst ook naar iets existentieels, primairs en jeugdigs, zoals het complexloze karakter van de muziek.
Het is niet de eerste keer dat je in Rataplan op het podium staat, toch?
Nee, dat klopt. De eerste keer was tijdens mijn studies aan het Antwerpse Conservatorium. Naar aanleiding van een panelgesprek met de titel ‘Is it jazz or not?’ moest ik met enkele medestudenten muziek spelen, die op het randje balanceerde van jazz en bij momenten meer naar metal neigde. En ik deed ook mee aan een van de Breathing-concerten, die nog steeds worden georganiseerd.
En eind oktober vorig jaar maakte je deel uit van de openingsband van de door Joachim Badenhorst gecureerde jamsessie. Hoe was dat?
Het was een heel leuke avond, vooral omdat hij zo toegankelijk was. Soms is het idee van een jam bezoedeld door ervaring. Dan wordt er bijvoorbeeld heel stijlgebonden gespeeld, of op een zodanig niveau dat ik er niets aan kan toevoegen. En dus drempelvrees heb. Maar dat was hier niet het geval. Een verademing!
Drempelvrees associëren we inderdaad niet met Rataplan. Als open kunstenhuis verhuren ze aan artiesten en andere geïnteresseerden vanaf dit jaar ook hun ruimtes. Heb jij er een favoriet?
De backstage heeft echt een kerstgevoel, vind ik, al kan ik niet precies verklaren waarom. Waarschijnlijk omdat ze van hout is. Het is echt een gezellige ruimte. Een gezelligheid die zich doortrekt naar de inkomhal op de eerste verdieping. En naar de concertzaal. Die is ook heel charmant. Maar als ik moet kiezen: de backstage.
Tekst door Katrien Jacobs
Tekst door Katrien Jacobs